Muziek-compositie voor starters
Gepubliceerd op vrijdag 11 september 2015
Dit blog gaat vooral over traditionele compositie. Dus, compositie voor een muziekinstrument, een ensemble, een orkest etc. Waar het niet over gaat zijn de modernere methoden die bij bijvoorbeeld EDM gebruikt worden. Dus arpeggiators, drumloops, Ableton-matrices… ook interessant, maar niet zo relevant voor dit artikel. Dit blogartikel is er dus vooral voor alle ‘oldskool’ componisten. Overigens, het is heel lastig om een ‘starter’ te definiëren. De kans is groot dat aanstormende componisten al een paar jaar met hun muziek bezig zijn, maar vind daar maar eens een passende term voor!
- Termen
- Vraag en antwoord
- #1. Ik heb geen idee wat ik moet componeren!
- #2. Ik ben begonnen aan een compositie, maar ik kom niet verder
- #3. Ik begin vaak met akkoorden en weet dan niet wat voor melodie ik moet maken
- #4. Ik componeer iets en vind het leuk klinken, maar anderen vinden het onduidelijk
- #5. Moet een muzikale compositie simpel of complex zijn?
- #6. Ik heb veel goede ideeën, maar ben ze kwijt nog voor ik ze heb ingevoerd
- #7. Hoe ontwikkel ik mijn compositie? Hoe ontstaat een globale vorm?
- Interview met componist Marco C. de Bruin
- Zie ook
Termen
Het is onvermijdelijk dat er bepaalde termen worden toegepast. Misschien kende je ze al, misschien niet. De term ‘arrangeren‘ komt her der voor in dit blog, het houdt in dat je een muzikaal idee op maat gaat maken voor een of meer instrumenten. Denk bijvoorbeeld aan een pianoarrangement of een orkestarrangement. Hetzelfde idee, maar weergegeven in verschillende ‘smaken’. Een pianoarrangement is misschien wel de simpelste representatie van een idee, en is als zodanig ook het snelst te maken. Een orkestarrangement is het meest complex, omdat er al gauw sprake is van zo’n dertig verschillende partijen. Die hebben allemaal hun eigen rol, en ze hebben allemaal hun eigen ruimte nodig. Een (goed) orkestarrangement is enorm motiverend om te maken, want er zijn vele muzikale kleuringen mogelijk. Tegelijkertijd is er behoorlijk wat ervaring voor nodig om over zo veel partijen het overzicht te houden. Het begrip thema keert ook vaak terug. Het is eigenlijk vergelijkbaar met wat we in de taal een zin noemen. Het vormt een herkenbaar geheel. Een motief is kleiner (en komt in dit blogartikel niet voor, mogelijk wel in volgende delen) en is te vergelijken met wat we in de taal een woord noemen. Een motief is als beweging herkenbaar maar vertoont geen echte samenhang. Het thema bestaat dus in feite uit een verzameling motiefjes, zoals een zin bestaat uit een verzameling woorden.
Vraag en antwoord
Zeven vragen en zeven antwoorden, om je op weg te helpen bij het componeren van muziek.
Ik heb geen idee wat ik moet componeren!
Iedere compositie begint met een idee, en daar begint gelijk de ellende. Velen hebben de neiging om direct de handen op het klavier te plaatsen en om direct aan de knoppen te zitten. Maar het idee start tussen de oren, en daar mag best wat tijd overheen gaan. Verzin dus een onderwerp waar je een compositie voor wilt maken. Dat kan werkelijk elk onderwerp zijn, variërend van de zee tot aan een kabbelend beekje, van een lief geitje in de Tiroolse Alpen tot aan een machtige olifant in Afrika. Al deze onderwerpen hebben eigenschappen die goed te verwoorden zijn. Het is de kunst om niet het onderwerp maar om de eigenschappen van dat onderwerp te vertalen naar muzikale eigenschappen. Dat onderwerp is namelijk te abstract, immers hoe klinkt een geitje in de Tiroolse Alpen eigenlijk? Maar je kunt wel eigenschappen bij dat geitje verzinnen, en die eigenschappen kun je wél vertalen naar muziek. Om dit te illustreren volgen hier enkele eigenschappen van het hierboven genoemde onderwerp ‘de zee’:
De zee
- wijds
- altijd in beweging
- rustgevend bij kalm weer
- gevaarlijk bij ruw weer, gevaarlijk in een negatieve situatie
Om nu aan te tonen hoe deze eigenschappen vertaald kunnen worden naar iets muzikaals volgen hieronder de muzikale associaties. En dat is handig aangezien je dan op een meer praktisch niveau weet wat je kunt maken.
- wijds
- Gebruik grote akkoorden, eventueel gestapeld in octaven, en houd ze lang aan.
- Als je effecten wilt toepassen in je project: wees ruim met je reverb en delays, het mag best groots klinken allemaal. De zee is immers groot.
- altijd in beweging
- Bij de zee denk je al gauw aan golven; bewegingen die op en neer gaan. Bij weinig werken komt dit zo goed tot uitdrukking als bij La Mer (Debussy), verplichte kost! De muzieknoten mogen een soortgelijk patroon volgen: op en neer, geleidelijk aan. Meer in het algemeen kun je je altijd afvragen op wat voor manier iets in beweging is. Vertaal die beweging naar muziek, bijvoorbeeld in muzieknoten, tempo en luidheid. Bij een kabbelend beekje zijn er niet echt grote golven waarneembaar, maar wél hele kleine beweginkjes, ministroompjes die op keien afketsen, schuimbelletjes en vele kleine bochten. Vergeleken met de grote golven van de zee zijn de bewegingen bij een beekje dus klein, denk aan korte en snelle nootjes. Smetana heeft een klassiek werk gemaakt over zo’n stroompje water, genaamd De Moldau. Dit stuk opent met op- en neergaande fluitbewegingen. Dit stelt kleine golfbewegingen voor.
- Denk ook aan het arrangement. Kleine en korte bewegingen zijn het terrein van bijvoorbeeld houten blaasinstrumenten, (alt)violen en chromatische percussie. Lange, zware bewegingen zijn geschikter voor cello’s, contrabassen en koperen blaasinstrumenten.
- Kleine belletjes en druppeltjes zijn het terrein van harpen, klokkenspel, triangels, vibrafoons en dergelijke.
- rustgevend bij kalm weer
- Majeurtoonladders geven een positief gevoel weer.
- Een niet al te grote totale luidheid brengt ook rust.
- gevaarlijk bij ruw weer
- Mineurtoonladders geven een negatief gevoel weer.
- Gevaar komt ook goed naar voren met een luide totaalklank.
Natuurlijk is de context ook heel belangrijk. Bovenstaande zou je kunnen zien als een algemene zee. Wat nu als je een zee in de tropen voor je ziet? Daar horen dan ook andere eigenschappen bij en instrumenten. Denk aan steel drums, pedal steel en dergelijke. Bij de Noordzee zijn die instrumenten niet echt van belang. Als oefening zou je muzikale eigenschappen kunnen verzinnen bij de andere genoemde onderwerpen.
Ik ben begonnen aan een compositie, maar ik kom niet verder
Het is niet nodig om een stuk muziek van A tot Z in die volgorde te schrijven, Als je het begin van je werk al hebt gemaakt, en je zit vast in het midden, begin dan alvast met het slot. Wie weet levert het ideeën op voor het middendeel. Het is super verleidelijk om direct resultaat te willen hebben, maar vroeg of laat staat er een vervelende muur, een muur die keihard de voortgang van je project afremt. Componisten die planmatig te werk gaan zullen zelden of nooit deze muur (een ‘writersblock’) tegenkomen. Hooguit hebben ze een keer geen zin omdat ze liever voor de tv hangen. Maar planmatig te werk gaan vereist, inderdaad, planning. Bijvoorbeeld planning over de uit te werken thema’s, planning over de tijdlijn. Maak inderdaad maar eens een tijdlijn met een soort verhaaltje. Zie een compositie maar als een filmscript. Zo voorkom je een writersblock, want het script vertelt je wat er moet gebeuren. Zit je onverhoopt toch ergens vast, dan kun je alvast verder gaan met een ander deel van het script, wie weet levert het nieuwe ideeën op!
Ik begin vaak met wat akkoorden, en dan weet ik niet wat voor melodie ik daarbij moet maken
Dat klinkt bekend. Zelfs bij muziekopleidingen op de hogeschool komt het voor dat studenten bij hun muziekproject beginnen met een akkoordenprogressie, om vervolgens vast te lopen. En dat is best logisch; akkoorden zijn nooit stap 1, maar op z’n minst stap 2. En je begint nu eenmaal bij stap 1. En wat is stap 1? De vorige vraag gaf het al aan: stap 1 is altijd een idee, altijd! Begin je toch met akkoorden, dan is het risico levensgroot dat de enige melodie die je er tegenaan kunt schrijven een gebroken akkoord is. Dat is een melodie die eigenlijk alleen bestaat uit de noten van het akkoord dat daar speelt. Je kunt flink steggelen of een gebroken akkoord wel een melodie is, of niet. Het nadeel van dit soort melodieën is dat ze eerder overkomen als decoratie van het akkoord dan als iets zelfstandigs. Hoe komt dat eigenlijk? Een idee is niet gebonden aan akkoorden, een idee is gewoon een idee. Begin je met akkoorden zonder dat er een idee is, dan zul je een eventueel idee gaan forceren om te matchen met die akkoorden. Het idee kan zich dan niet meer vrij en ongeremd volgens z’n eigen normen ontwikkelen. Ook bestaat het risico dat je (nadat je akkoorden hebt verzonnen) helemaal niet meer nadenkt over een idee maar gewoon gelijk het akkoord gaat aankleden in de hoop dat er een idee uit ontstaat. Dus eens te meer: het begint allemaal met een idee, altijd.
Ik componeer iets, en ik vind het wel leuk klinken, maar anderen vinden het onduidelijk
Ook dat klinkt bekend, velen ervaren dit. Hier is in feite sprake van een soort gewenning. Je kunt iets noteren wat in feite wat rommelig is, of in ieder geval erg gewaagd qua structuur en samenhang. Maar hoe lang ben je met dat materiaal bezig? Waarschijnlijk uren, het arrangeren kost nu eenmaal veel tijd. Dan hoor je je creatie letterlijk honderd keer langskomen, en dan valt zo’n stuk muziek uiteindelijk wel makkelijk. Een ander hoort het eindresultaat echter voor het eerst. En als een melodie of arrangement dan wat rommelig is, of ‘moeilijk’ om het maar eens diplomatiek te brengen, dan is er een grote kans dat de luisteraar het niet kan bevatten. En precies dát is moeilijk te bevatten voor de componist, omdat die componist het geheel wél kan bevatten. Ja… na een keer of honderd is dat ook niet zo gek natuurlijk.
Maar wat is hier dan aan te doen?
Bovenstaande zal een mixing engineer bekend voorkomen. Want ook bij de mixage luister je heel erg vaak naar hetzelfde stuk muziek. Je oren worden gegarandeerd lui, zonder dat je het merkt. Ineens hoor je al je aanpassingen niet meer, tot je ineens een heel ander stuk muziek gaat beluisteren. Dan klinkt je mix ineens heel erg fout, maar een paar minuten ervoor kon je dat totaal niet bevatten. Mixing engineers doen daarom zeer regelmatig aan A/B’ing, gewoon even een heel ander stukje muziek beluisteren om de oren weer te resetten. Exact hetzelfde kan de componist doen tijdens het compositieproces. Gewoon even wat afstand nemen; luister eens naar, achtereenvolgens, Metallica, Bach en Celtic Women en keer dan weer terug naar je eigen werk. Het is niet ondenkbaar dat je ineens alle eerder gehoorde logica kwijt bent geraakt. En dán hoor je of je muziekwerkje nog werkelijk zo logisch is als je dacht.
Moet een muzikale compositie simpel of complex zijn?
Ook dit is een interessante vraag, maar dat heeft vooral alles met de mindset te maken. Het lijkt een soort Utopia te zijn voor startende componisten om veel en complexe muziek te willen maken. Helemaal vreemd is dit niet natuurlijk, met alle productiemiddelen van tegenwoordig, en een groot wit vel virtueel papier, is het verleidelijk om op ontdekkingstocht te willen. Pubers willen sowieso alles ontdekken, dus dan is een groot en complex stuk muziek erg verleidelijk. Het is een groot landschap van te ontdekken dingen, probeer een startende componist dan maar eens tegen te houden! Maar is dit een goed idee? Dat hangt ervan af. Er zijn componisten genoeg die goede muziek weten te maken die zo enorm gelaagd is, zo enorm veel bewegingen maakt, dat ‘omvangrijk’ een mooie kwalificatie is. Dat klinkt wat positiever dan ‘complex’, niet waar? De crux zit, eenvoudig gezegd, in de kwaliteit van de compositie. Het is enorm makkelijk om, als de benodigde ervaring er nog niet (helemaal) is, iets groots en complex te maken. Maar of het goed klinkt is maar de vraag. Het is veel leuker, makkelijker, en eigenlijk ook beter, om simpel te beginnen. Er is echt helemaal niets mis met drie akkoorden en een hele simpele melodie. Wie het wat mooier wil hebben kan altijd met het arrangement de nodige sensatie toevoegen.
Ik heb veel goede compositie-ideeën, maar ben ze kwijt nog voor ik ze heb ingevoerd
Er zijn twee manieren om een compositie in te voeren: horizontaal en verticaal. Horizontaal houdt in dat je de kern van je hele compositie zo compleet mogelijk invoert en daarna laagje voor laagje gaat arrangeren. Verticaal houdt in dat je een paar maten invoert en deze helemaal arrangeert voordat je met de volgende maten verder gaat. Beide methodes hebben voordelen en nadelen.
Horizontaal
De horizontale methode is ideaal als de vraagstelling aan de orde is. De ideeën gaan namelijk heel makkelijk verloren als er verticaal wordt gewerkt. Het arrangeren kost nu eenmaal zo veel tijd dat de natuurlijke compositie-flow die je had goeddeels verloren gaat. Bij horizontale compositie kun je heel snel een compositie vastleggen, het aankleden ervan komt dan later wel. Voor horizontale compositie kun je bijvoorbeeld een pianopartij maken met daarin het hele idee van je compositie. Daar zit dan een suggestie van bas, akkoord en melodie in, en dat is makkelijk te extrapoleren naar een compleet arrangement.
Verticaal
Zoals het er nu staat lijkt het alsof horizontaal de voorkeur heeft boven verticaal. Lijkt, want horizontaal heeft een groot nadeel ten opzichte van verticaal: alles wat je horizontaal verzint is gebaseerd op één set ideeën. Namelijk, het idee dat je met een pianopartij kon spelen. Bij horizontale compositie is het makkelijk om snel een muzikale lay-out neer te leggen, maar veel ruimte voor aanpassingen is er niet. Bij verticale compositie kun je korte fragmentjes beoordelen die compleet gearrangeerd zijn. Daardoor ben je in staat om je ideeën steeds te heroverwegen. Misschien zit er wel een leuk loopje in een van de instrumenten die als aankleding dienen. Dat loopje kan zelfs zo leuk zijn dat het verderop in je compositie een zelfstandig thema kan worden. Had je het geheel eerst horizontaal gemaakt, dan had je zomaar dat loopje gemist. Juist door het verticale arrangement ontstaan er dus ideeën.
Afweging
Wat is nu de beste methode? Dat is moeilijk te bepalen, want het verschilt van persoon tot persoon. Wie vooraf alles uitwerkt (thema’s, thematische ontwikkelingen en grote vormen) zou prima horizontaal kunnen werken. Anders gezegd, bij horizontaal moet je vooral je muzikale verhaal goed in je hoofd hebben zitten. Bij verticale compositie krijg je veel meer directe feedback om mee te werken. Je ontwikkelt kleine motiefjes die uit kunnen groeien tot volwaardige thema’s. Tevens hoor je gelijk of het arrangement gaat werken qua instrumentcombinaties. Als het namelijk niet werkt hoef je alleen maar een paar maten aan te passen, niet een heel nummer. Simpel gezegd is de verticale methode meer een soort ontdekkingsreis met een hoop flexibiliteit om onderweg spontaan een ander pad te bewandelen.
Hybride
Wie dus onderweg makkelijk z’n ideeën verliest is geholpen met de horizontale methode. Een hybride optie is natuurlijk ook mogelijk. Eerst horizontaal te werk om het idee globaal uit te werken. De thematische ideeën staan dan, en hebben hun eigen natuurlijke flow. Daarna zou je al deze ideeën opnieuw kunnen opbouwen, maar dan verticaal. Je gaat ze arrangeren, en maakt gebruik van de onvermijdelijke situatie waarin door het arrangement nieuwe ideeën ontstaan. Als je ooit vastloopt heb je altijd je eerste horizontale schets nog.
Hoe ontwikkel ik mijn compositie? Hoe ontstaat een globale vorm?
Dat is een hele interessante, en een van de lastigere aspecten van compositie. En eigenlijk is dit weer helemaal gerelateerd aan de vorige vraag. Bij horizontale compositie heb je vooraf een idee van vorm, bij verticale compositie ontstaat deze vorm door een ontdekkingsreis. Stel dat je géén idee van vorm hebt, en je werkt horizontaal, hoe kom je dan aan je vorm? Het antwoord is vrij eenvoudig: die vorm kan overal vandaan komen. Zoek een foto van een berglandschap, en teken van links naar rechts de contouren van dat berglandschap over op een stukje papier. De curve die je krijgt kan de intensiteit voorstellen van start tot finish. Zo simpel kan het zijn. Of pak een foto van een city-skyline en doe hetzelfde. Die intensiteitscurve kun je langs een meetlat leggen, iedere cm kan dan voor een bepaalde tijdsduur staan. Intensiteit kan dan staan voor luidheid, of complexiteit, of een bepaalde klankkleur. Dat is allemaal vrij om in te vullen. De vraag die je gaat stellen is natuurlijk: “waarom zou ik dit doen?” Want inderdaad, waarom zou je niet zelf een curve of tijdslijn verzinnen? Het antwoord heeft alles te maken met het ontstaan van creativiteit. Dit ontstaat meestal pas als je in de problemen komt, in situaties waarin je ‘nee’ moet verkopen aan je originele intenties. Als je zelf aan de gang gaat met vorm ben je in staat om probleemgevallen te voorkomen. Als je een externe vorm gebruikt word je gedwongen om binnen die bron een oplossing te verzinnen. Het wordt dan een beetje als het inkleuren van een kleurplaat. De contouren zijn er al, je hoeft je alleen maar met de invulling bezig te houden, en dat scheelt een hoop breinbrekers!
Interview met componist Marco C. de Bruin
Componeren is een gave die je hebt of niet en dus kun je het ook niet leren. Toch? Marco C. de Bruin, componist van onder meer filmmuziek, denkt daar anders over. Het is zijn missie anderen te helpen het compositietalent te ontdekken en te ontplooien. Hij heeft er zelfs een systeem voor ontworpen.
Liefde voor muziek
In huize De Bruin behoorde muziek niet echt tot de dagelijkse routine. Marco’s vader speelde dan wel af en toe orgel, maar dat was het dan ook wel. De liefde voor de muziek ontbrandde pas echt bij Marco de Bruin toen hij op de middelbare school zat. “Ik was op de mts heel erg onder de indruk van geluidstechnici. Ik vond het leuk en interessant, al die mengpaneeltjes en effectjes en ik dacht: dat wil ik ook. Maar ik was eigenlijk een zoekende in een wereld die ik niet zo goed kende, want niemand in mijn familie had zoiets eerder gedaan. Ik kom uit een schippersfamilie, dus er werd gewoon gevaren. En studeren was er ook niet bij. Als je een diploma nodig had, dan kocht je dat gewoon ergens. Maar mijn vader steunde mij toen ik sonologie wilde gaan studeren in Den Haag. Ik wist niet goed waar ik precies voor had gekozen en al snel dacht ik: ja, maar ik wil gewoon muziek maken. Zo is het gekomen.”
Conservatorium
Marco ging dus studeren. En niet even een paar magere jaartjes, maar gedurende een periode van negen jaar. ”Ik ben eerst aangenomen op het conservatorium voor de studie docent muziek. Maar ik deed toen ook jazzpiano bij Rob van Bavel en daar heb ik veel geleerd over timing door het te doen. Het conservatorium is niet voor niets een hbo-opleiding en geen universitaire, want muziek maken is een ambacht. Je moet het niet alleen intellectueel snappen, maar je moet het ook lijfelijk kunnen doen. Dat is bij componeren vaak ook zo. Dat heb ik in Rotterdam geleerd bij Paul van Brugge. Het moet in je systeem komen. Je leert dat pas echt als je je studie hebt voltooid. Het is net als met het halen van je rijbewijs; als je het papiertje eenmaal hebt, begin je pas echt ervaring op te doen en je eigen stijl te ontwikkelen. Een man waar ik ook veel van heb geleerd, is John Clayton. Een Amerikaanse componist/arrangeur waar ik een project mee heb gedaan met het Metropole Orkest. Hij kon je op een sociaal-intelligente manier dingen vertellen of laten voelen die belangrijk waren en hij liet je in je waarde. Dat was een te gekke ervaring. Ik denk omdat ik zo lang heb gestudeerd, dat ervoor heeft gezorgd dat ik van dat soort ervaringen ook echt de vruchten kon plukken.”
Quincy Jones
Heeft hij als componist/arrangeur een bijzondere band met een bepaald instrument? “Ik heb natuurlijk jaren piano gestudeerd, maar ik voel me steeds meer blazer. Ik heb een melodica, zo’n blaaskeyboardje en daar kan ik heel goed mee uit de voeten, omdat ik het zo heerlijk vind om met mijn lijf muziek te maken. Je voelt gewoon de frasering. Met zingen heb je dat natuurlijk ook. Je moet met je lijf, met jouw instrument muziek maken en dan fraseer je totaal anders dan als je bijvoorbeeld alleen een toets indrukt. Sopraansaxofoon en basklarinet vind ik geweldige instrumenten, maar ik hou ook heel erg van marimba. En ik ben ook gek op elektrische gitaar zoals, onder anderen, Pat Metheny die speelt. Die klank vind ik fantastisch. Ik hou sowieso van de geproduceerde klank. Wat dat betreft, ben ik helemaal verzot op Quincy Jones. Daar kan ik dagen naar luisteren, dat is zó goed gedaan. Eigenlijk kun je op elk instrument wel verliefd worden. De hobo, vooral in het middenregister, lage fluiten, een hoge klarinet of een fagot in de hogere registers. En trombone zou ik zelf ooit nog wel eens willen leren spelen. Alles heeft zijn eigen klank. En: I love to orchestrate! Klanken samenvoegen, uitzoeken en daarmee puzzelen.”
Componeren
“Ik ben heel gedetailleerd in componeren, want daar geef ik ook les in. Op mijn website Composers Bootcamp kunnen mensen gratis een videocursus componeren/songwriting downloaden. Ik heb een systeem ontwikkeld en dat heet Spider. Het allerbelangrijkste is: pielen. Gij zult pielen. Klooien, fröbelen of op zijn Rotterdams, aankloten. Daarmee genereer je een muzikale flow en komt er allerlei materiaal tot stand. Je moet niet meteen gaan redigeren en te veel wikken en wegen. Ik probeer dat zo lang mogelijk uit te stellen. Ik werk ook vaak in tijdblokjes. Ik zet dan een timer op vijf minuten en dan moet ik gedurende die tijd stromen, alles is goed. Dan probeer ik een richting vast te stellen, een visioen, een beeld en ik destilleer dan uit die berg materiaal de stukjes die daarbij passen en waar ik verder mee wil. Dat is het feitelijke componeren. Met pen en muziekpapier, achter de piano of de computer, uitgaande van een sample of een klank, dat kan allemaal. Er moet ergens een vonkje zijn dat het startpunt vormt van je muzikale flow. Dat kan binnen-muzikaal zijn, zoals een toonsoort of iets in mineur, maar ook buiten-muzikaal, zoals een auto waar je iets over schrijft of een dans waar je naar kijkt. Ongeveer drie jaar geleden stuitte ik op de Wet van Parkinson – een andere Parkinson dan van die ziekte – die luidt: elke gegeven opdracht verhoudt zich naar de gegeven tijd. Concreet betekent dat eigenlijk dat, als ik een symfonie moet schrijven, die dertig minuten moet duren en ik heb daar een week de tijd voor, ik andere beslissingen neem dan als ik daar een jaar de tijd voor heb. En hoe sneller ik beslissingen neem, hoe meer ik ze uit intuïtie neem en dus hoe dichter ze bij mezelf liggen.”
Vier elementen
En waar moet volgens Marco een goede compositie zoal aan voldoen? “In elke compositie heb je vier elementen. Je hebt de melodie, of het nou avantgardistische muziek is, twaalftoonstechniek of seriële muziek, je hebt altijd een lijn die boven ligt. Dan heb je altijd een groove, een metrum, een ritmische opvatting. Als derde element heb je de kleur en dat kan zijn orkestratie of akkoordprogressie. En als laatste heb je het, naar mijn mening, belangrijkste element, namelijk ruimte. Dat vergeten veel componisten en songwriters vaak en dan stoppen ze te veel in één liedje. Neem Bohemian Rhapsody van Queen. Dat bevat enorm veel elementen en toch ervaart bijna iedereen dat als een goed stuk. En dat komt omdat er ruimte in zit. Er is ruimte voor alle ideeën. En dat kan soms ook in details zitten. Bij beginnende bandjes hoor je vaak dat ze alles op de één inzetten. Nieuw akkoord, nieuw ritme, nieuwe tekst allemaal op de één. Als je bijvoorbeeld de zang op de tweede tel laat beginnen creëer je meteen al ruimte. En een goede groove heeft niet veel nodig, maar heeft eenvoud. Er is een gezegde: He who controls the drummer, controls the band. Grof gezegd moet je de drummer aan banden leggen en zo ruimte creëren voor de rest van de band”.
Arrangeren
Marco de Bruin schrijft ook vaak arrangementen, dus hij weet als geen ander wat daarbij komt kijken. “Bij een arrangement heb je al iets bestaands. Meestal is het schrijven van een arrangement een opdracht en dan moet je vooraf goed overleggen met je opdrachtgever. Is het een één-op-één arrangement, heb ik een beetje vrijheid of heb ik totale vrijheid? Als je voor Frans Bauer schrijft, dan moet de vorm hetzelfde blijven, net als de toonsoort en alle herkenbare loopjes, want zo kent hij dat liedje en zijn fans ook. Dat is dus één-op-één. Als ik iets van Pat Metheny arrangeer, heb ik meer vrijheid, want dat is in de jazzwereld heel gebruikelijk. En ga ik uit van een ‘standard’ die in principe maar een halve minuut duurt, maar het totale arrangement moet zes minuten worden, dan moet ik er wél wat bij gaan verzinnen en komt het weer dicht in de buurt van componeren. Met filmmuziek gaat het natuurlijk anders, want daar is het beeld de baas. Dan overleg je met de regisseur bij welke scènes hij muziek wil hebben, hoe lang die precies moet duren en of de muziek het verhaal moet ondersteunen of een andere wending geven, of de muziek iets moet voorspellen wat daarna in beeld komt of juist achteraf bevestigen wat net in beeld geweest is. Alles wordt pas op het laatste moment beslist, dus je hebt heel weinig tijd om het te maken en je moet dagen draaien van vijf uur ’s morgens tot elf uur ’s avonds.”
Fuck the theory
Marco heeft twee belangrijke tips voor beginnende componisten. “De beste tip is: doe! Ga aan de slag en wees niet meteen te kritisch. Het is belangrijk dat je blijft stromen en denk ook niet dat je eerst de theorie moet beheersen. Fuck the theory! Eerst was er het songwriten en daarna kwam de theorie pas, want die loopt altijd achter bij de praktijk. De tweede tip is: ga op zoek naar een idool. Probeer uit te vinden waarom je die zo goed vindt en ga hem kopiëren. Wees geen eikel, maar recycle! Neem het in je op en geef er daarna je eigen draai aan. Ik heb zelf urenlang met Stevie Wonder zitten meespelen met een koptelefoon op. Op een gegeven moment had ik zijn timing te pakken en dat heb ik daarna gebruikt in stukken die niemand aan Stevie Wonder zouden doen denken. Wat in je hoofd zit, dat moet de wereld in en ik heb er mijn missie van gemaakt om mensen te helpen om die vertaalslag voor zichzelf te maken.”
Zie ook
» Muzieknotatie-software
» DAW-software
» Instrument-plugins
» MIDI-keyboards
» Muziekpapier
» Hoe klink ik als… Queen?
» Muziek-productie voor games – Hoe gaat dat in zijn werk?
» Klassieke muziek met popmuziek combineren – Do’s en don’ts
» Reclamemuziek maken: een vak apart
» Catchy songs schrijven – Dat doe je met een ‘hook’
» Muziek arrangeren – Wat het is en waar je op moet letten
» Orkest-muziek maken voor een pop-song
» Hoe spannende en enge muziek werkt in horrorfilms en thrillers
» Hoe klink ik als… ABBA?
» Hoe schrijf je musical-muziek?
» Last van een writersblock? Vijf tips!
» Hoe schrijf je kerstmuziek?
» Hoe klink ik als… filmcomponist John Williams
» Hoe klink ik als… filmcomponist Hans Zimmer
Maarten, sinds 2012 fulltime copywriter bij Bax Music, is journalist, muziektechnoloog en componist met credits in tv, film, games en theater. Hij geeft graag tekst en uitleg over alles wat muzikaal gebruikt kan worden.
Deze blog geeft zeker wat inzichten aan beginnende componisten/arrangeurs.
Heel mooi beschreven Maarten.
Wel een beetje jammer om zo een mooie open creatieve compositie gedachte als “old skool” te bestempelen.
JeanJules
@jeanjules,
Dank! Het begrip ‘old skool’ is echter niet helemaal uit de lucht komen te vallen.
Steeds vaker duiken er nieuwe compositiemethoden op, bijvoorbeeld de Ableton-methode in het EDM-genre. Ook het knippen, editen en plakken van stukken audio (beats, loops en dergelijke, toch net wat anders dan Musique Concrète) is een meer eigentijdse benadering. Ook een genre als rap is in zoverre ‘nieuw’ dat de rapper eigenlijk tekst gebruikt als compositie, bovenop een vaak simpele backing-track. Wat ook meer en meer gaat verschijnen zijn complexe arpeggiators en sequencers. Misschien zelfs als apps op telefoons en tablets, misschien zelfs wel met meer meerdere telefoons/tablets die via Bluetooth samenwerken om samen muziek te genereren.
Als ik ’t heb over old skool compositie, dan richt ik me op de tijd dat muziek nog traditioneel werd genoteerd voor instrumenten, waarin een componist bewust nadenkt over spanningsbogen in het arrangement, waarin een componist een uur kan doen over een motiefje van een paar maten (eindeloos opschuiven van noten).
Ik had ook ’traditionele’ kunnen gebruiken, maar ‘old skool’ bekte wel lekker op ’t moment dat ik ’t schreef. Bovendien is de vernieuwing van compositiemethoden wel iets van een nieuwe generatie, en die zullen het traditionele soms als old skool bestempelen. 🙂
@Hanna
Vooralsnog is dit niet gepland. Zie het zo: muziekopleidingen hebben hier al jaren voor nodig, en componisten hebben hier (autodidactisch) zeker tien – vijftien jaar voor nodig. Dus een compositie-workshop van een paar uur is echt een illusie. Daar is het onderwerp gewoon te breed voor. Bovendien zal de achtergrond van de diverse bezoekers sterk afwijken waardoor de een het niet kan volgen en de ander zit te slapen omdat ‘ie alles al weet.
Bovendien: de essentie van compositie heeft niet zozeer met noten te maken maar met ideeën. Starters zullen echter van mening zijn dat het wél met noten te maken heeft, dus die connectie mis je al bij zo’n workshop.
Lezen – studeren – denken – doen, dat is hoe het werkt.
Maar verzoekjes zijn altijd welkom voor een vervolgblog. Maar, zoals bij dit blog, zal het vooral om high-level ideeën gaan.
Hele nuttige blog met veel goede adviezen. Geven jullie ook workshops in dit kader toevallig?
Leuke blog met goed advies en relevante insteek voor compositie! Super.