Interview Gotye: Op eigen kracht nummer 1
Gepubliceerd op maandag 21 mei 2012
Hoe het kan lopen met een muzikant die zich zes maanden lang opsluit in de schuur van zijn ouders om met eindeloos geduld geluiden te samplen en er pas uit te komen als hij alles helemaal, naar eigen zin, voor elkaar heeft… Het verhaal van Walter De Backer, alias Gotye, de Australiër met Vlaamse roots, is fascinerend. Hij staat overal op 1, nu zelfs ook in Amerika. Bax-blog.nl sprak Gotye toen hij in Nederland de top 40 aanvoerde, en maakt de balans op voor de toekomst.
Op 19 april stond hij dan op één in de VS, met Somebody That I Used To Know. Tegelijkertijd stond hij ook op één in Zweden, Frankrijk en Italië. Dit was maanden nadat hij dezelfde positie ook al had in geboorteland België, in Nederland en in zijn thuisland Australië. Nog vóór die tijd spraken we met de ster in wording. Gotye (spreek uit op z’n Frans als Gauthier) vertelde ons alle ins en outs van de totstandkoming van zijn album Making Mirrors, een superinspirerend verhaal voor elke muzikant.
Na zijn in Australië aardig succesvolle album Like Drawing Blood, dat bijna volledig bestaat uit samples van oud vinyl, wilde De Backer een album maken met meer fysieke, akoestische instrumenten. Of zelfgemaakte, virtuele versies van akoestische instrumenten, waaronder een chromaharp en een mbira.
Gotye vertelt ons over de making van Making Mirrors: ‘Veel ervan heb ik noot-voor-noot gesampled en in virtuele instrumenten omgezet. Het is een langzaam en soms moeizaam proces, maar het kan de klank van een instrument volledig veranderen, en hoe je het bespelen ervan benadert. Ik vond een mooie oude chromaharp in een antiekwinkel, die ik op die manier heb gevirtualiseerd. Uiteindelijk klinkt hij nu meer als een soort hakkebord.’
Gotye bouwde baslijnen met samples van de Winton Musical Fence (zie foto hieronder), een onwaarschijnlijk instrument van vijfentwintig meter lengte in de outback van Queensland, bestaande uit vijf dikke, metalen snaren, bevestigd aan houten palen en een resonantiekamer. Het werd de basis voor de nieuwe single Eyes Wide Open.
Hij kan vertellen over de hornbreak in een traditioneel Taiwanees volkslied op een promosingle uit 1970 voor vliegmaatschappij Cathay Pacific, die hij samplede, versnelde en dubbelde, alvorens hem te koppelen aan een aantal Turkse drumgeluiden. Hij is apetrots op zijn Lowrey vintage orgel – voor honderd dollar gekocht in een tweedehands winkel – dat daadwerkelijk op het album te horen is (zie foto hieronder). Het dubby State Of The Art, met zijn griezelige, bewerkte sci-fi-zang is een ode aan de Lowrey Cotillion, met teksten waarin toetsen en functies van het apparaat worden genoemd.
‘Fascinerend hoe gehecht we kunnen raken aan bepaalde stukken technologie. Ik bedoel, ik ben stapel op dat orgel!’, lacht Gotye. ‘Maar ik vind het ook interessant hoe deze liefde vaak slechts een generatie lang duurt. Spullen die ooit tot de verbeelding spraken, komen nu raar en verouderd over op jongere mensen.’
Populairste song ooit
Het succes van Somebody That I Used To Know is gigantisch. Stichting Top 40 maakte onlangs bekend dat dit prachtige break-up liedje de nummer 1 positie heeft bereikt in de lijst van meest populaire top 40 hits ooit. Die toppositie was 47 jaar lang voorbehouden geweest aan Trio Hellenique met La Danse De Zorba… Sinds augustus staat de song in de Top 40, tot op de dag van vandaag. De ontroerende videoclip haalde alleen op zijn eigen Gotye-kanaal tot op de dag van dit schrijven 173.283.207 views. Klik hier en zie hoeveel het er nu alweer geworden zijn. Natuurlijk was zijn geboorteland België ook snel gevallen voor Gotye’s muziek.
Nummer 1 in de VS
In de VS zijn er inmiddels 2 miljoen singles verkocht, bereikte het nummer op 19 april de nummer 1 positie na een optreden in Saturday Night Live en werd Making Mirrors meegetrokken naar een zevende positie in de Album Top 200. In het Amerikaanse vakblad voor de muziekindustrie Billboard verklaart Gotye: ‘Ik weet nog niet goed hoe dit allemaal verder gaat lopen. Ik kan ook niet garanderen dat ik weer zo’n nummer ga maken dat direct zo aanslaat. Voordat ik weer iets nieuws kan maken zal ik eerst wat rust om me heen nodig hebben. Dat is nu nog bepaald niet het geval, haha. Ik wil in ieder geval aan mezelf bewijzen dat ik nog intelligenter, vreemde, aparte, vergaande muziek kan maken. Waarbij de gemiddelde luisteraar zal uit roepen: “what the fuck is this?” Dát inspireert me!
Depeche Mode
Als er vergelijkingen getrokken worden met de muziek van Gotye vallen namen als Peter Gabriel Sting en Radiohead. Tegenover het Duitse blad Musikexpress beaamt hij het van de laatste twee, maar hoopt hij niet met de “middle of the road-songs” van Sting vereenzelvigd te worden. Wij vragen hem naar zijn belangrijkste inspiratiebron en al snel komt Depeche Mode naar voren: ‘Ik weet dat de band en producer Flood Songs Of Faith And Devotion uit 1992 moeilijk vonden om te maken, maar voor mij was het een zeer belangrijk album. De combinatie van zware elektronica met rockinstrumentatie, dat vond ik prachtig. Ik leerde rockdrummen, maar schreef en zong liedjes in de stijl van Depeche Mode. In die tijd namen punkbandjes acht demonummers op in één dag; ik worstelde dagenlang met allerlei keyboardlayers, haha. Toen ik sampling ontdekte, was dat een openbaring. Eindelijk weg van altijd weer dezelfde synthgeluiden!
Ableton Live en Pro Tools
‘Ik overwoog toen een Akai MPC te kopen, maar kocht uiteindelijk toch een Pentium III computer, en heb jaren naar volle tevredenheid gewerkt in Acid Pro. Tot een jaar of drie terug, eigenlijk. Vanaf Making Mirrors werk ik meestal in Ableton Live, en schakel over naar Pro Tools als de vocalen erbij komen. Ableton is prettig vanwege de toegankelijke manier om een playlist te maken, en vanwege het editen. Hele pianotracks of andere audio gaan meteen in Pro Tools. Ach, het is dus half-half eigenlijk. Tot ik uiteindelijk alles naar Pro Tools bounce.
‘Ik weet dat sommige mensen de klank van Ableton bekritiseren, de misschien wat gecompresste masterbus, bijvoorbeeld, maar werken in Ableton levert mij beslist dingen op die ik met andere software niet tegengekomen zou zijn. Het gemak waarmee je samples kunt stretchen en shiften is onovertroffen. Ik heb Max For Live, maar daar ben ik nog maar net mee begonnen. Ik vind een van de presets, PolyBeat, erg interessant. Maar ik merk dat hoe prikkelender en uitdagender sommige software is, op onderzoeksniveau, hoe lastiger ik het vind om er echt muziek mee te maken. Dan duik ik erin en denk ik: wauw, dat is cool. En uren later ga ik pas weer terug naar het liedje waaraan ik werkte…’
‘Ik heb geen dwingende voorkeuren waar het gaat om de synthesizers of andere apparatuur die ik gebruik. Het moet goed klinken, klaar. Ik ben kieskeurig in welke geluiden ik gebruik, dat wel. Ik hou van het zelf verzamelen van geluiden, door met synths te klooien, maar ook door eropuit te gaan voor opnamen. Sample-libraries zal ik niet snel gebruiken. Ik heb een Edirol R-09 recorder, die ik prima vind werken, goede stereomicrofoon. Maar met mijn MacBook Pro met Mbox en willekeurig welke microfoon gaat het ook prima.’
Bescheiden
Gotye blijft in tweedehandswinkels neuzen naar obscuur vinyl. Somebody That I Used To Know is grotendeels samengesteld uit door hemzelf gemaakte vinylsamples. ‘Ik knip ze helemaal kapot, gooi ze door elkaar en trigger ze via triggerpads. Het levert volgens mij een introspectief geluid op, waar het Winton Musical Fence in Eyes Wide Open juist voor een grootser, extraverter geluid zorgt. Dat zijn subtiele dingen hoor, die zich misschien eerder in mijn hoofd afspelen dan dat de luisteraar er veel van merkt.
‘Veel tijd nemen voor een opname betekent niet per se beter werk leveren. Veel ideeën komen toch op onverwachte momenten. Dan zing ik ze in mijn iPhone, of schrijf snel wat op. Als je een interessant, gevarieerd leven leidt, ben je klaar om elke inspiratie op te pikken. Het helpt ook om veel materiaal te verzamelen. Toen ik aan Making Mirrors ging werken, besloot ik met een schone lei te beginnen, met als gevolg dat ik eerst zes maanden lang geluiden ben gaan verzamelen om weer een uitgangspunt voor de nieuwe liedjes te hebben.’
Zes maanden geluiden verzamelen, rustig werken in je eigen knutselruimte… Het is een wonder dat Making Mirrors is voltooid! ‘Het is af als ik het gevoel krijg dat het af is. Vooral het mix- en masterproces was hard werken, en vaak zonder dat het veel opleverde. Ik werk nogal eens met low-fi-geluiden, die wel eens gaan wringen als François Tetaz (mix engineer; red.) en ik bezig zijn om een mooie mix te maken. Je bouwt tracks en nog meer tracks en dan doemt de mix als een soort horde voor je op. Bij het mixen én het masteren waren er momenten dat we helemaal terug moesten naar de vraag wat eigenlijk het uitgangspunt van dit album was, en hoe we alle verschillende klankkleuren tot hun recht wilden laten komen. We hebben daar een mooie weg in gevonden, denk ik. Als ik nu iets moet constateren, is het dat mijn muziek relatief bescheiden klinkt tussen veel moderne producties.’
Gotye’s favoriete spullen
• Neumann M147 microfoon
• Edirol R-09 stereo recorder
• Apple MacBook Pro
• Ableton Live
• Avid Pro Tools
• Lowrey Cotillion elektronisch orgel
• Suzuki Omnichord
• Minimoog Voyager
• Roland Juno-106
• SSL Alpha Channel Strip preamp
• Tokai Gakki Chromaharp
• AudioEase plug-ins (Speakerphone + Altiverb)
• IK Multimedia’s Sampletron + Samplemoog instruments
Nog geen reacties...